Lijst van 32 ‘absurde’ verboden woorden in de klas veroorzaakt discussie: Wanneer is taal echt ongepast?

Lijst van 32 ‘absurde’ verboden woorden in de klas veroorzaakt discussie: Wanneer is taal echt ongepast?

Het jongerenjargon heeft inmiddels niet alleen de werkvloer bereikt — het waait ook over naar de klaslokalen in Nederland. Zo ontstond er begin 2025 een flinke discussie online nadat een docent een lijst van maar liefst 32 verboden straattaalwoorden in haar klas introduceerde. Het nieuws verspreidde zich razendsnel, met miljoenen views op X (voorheen Twitter).

Volgens deze anonieme leraar — werkzaam op een niet nader genoemde middelbare school — is het “koeterwaals” dat sommige leerlingen hanteren simpelweg ongeschikt voor een academische omgeving. Ze stelde de lijst op omdat ze merkte dat steeds meer scholieren woorden gebruikten die zij als ‘ongepast’ en storend voor het leerproces beschouwde.

“Er zijn genoeg manieren om jezelf duidelijk te uiten zonder straattaal,” schreef ze in haar uitleg bij de lijst. “Bedenk goed dat het gebruik van deze woorden in de klas je vaardigheden als schrijver ernstig kan belemmeren. Vaak schrijf je zoals je praat.”

Enkele van de verboden woorden? “Bruh” (een informele variant van ‘bro’), “Wat’s up G Wade?” (mogelijk geïnspireerd op een hiphoptrack uit 2023) en “bet” (een populaire Gen Z uitdrukking voor ‘ja’ of ‘ik ben het ermee eens’).

Wie zich toch niet aan de nieuwe regel hield, kreeg huiswerk: een kort essay over waarom je juist deze woorden in de les gebruikte om jezelf uit te drukken. “Dit is een school, en in mijn lokaal ben je een serieuze leerling,” liet de docent weten.

De reactie op haar aanpak? Die was allesbehalve eenduidig. Onder het X-bericht — inmiddels trending tot in de Amsterdamse metrostations — regende het commentaar. “Ik was allang de klas uitgezet,” aldus één reactie. Anderen noemden haar aanpak wat overdreven — of zelfs ‘een machtsspelletje’.

Volgens enkele critici toont de docent simpelweg te weinig respect voor de taalidentiteit van haar leerlingen. “Ze is meer bezig met regels naleven dan met kennismaken met haar klas,” schreef iemand. Anderen trokken de discussie wat breder en vonden het opvallend dat vooral uitspraken die populair zijn in de Afro-Nederlandse en Surinaamse cultuur op de lijst staan.

Natuurlijk werd het verbod op de verboden uitdrukkingen zelf ook direct op de hak genomen. “Na vijf minuten in de les: ‘Yo mevrouw, alles goed big dawg? Ik heb big MOTIE vandaag, regelde die presentatie wel hoor bruh!’, grapte een creatieve leerling.

Toch waren er ook stemmen vóór het beleid. “Lijkt me juist een docent die om haar leerlingen geeft — misschien zelfs meer dan sommige ouders,” merkte iemand op. Anderen benadrukten dat het kinderen juist helpt om te leren wanneer bepaalde taal gepast is: “Op deze manier denken ze tenminste na voordat ze iets roepen.”

Sommige critici maakten er zelfs van dat deze regels ‘discriminerend’ zijn, omdat ze vooral ‘zwarte’ straattaal aanpakken. Anderen vonden dat onzin: “Misschien juist omdat ze leerlingen wil stimuleren om verder te komen.”

Wat betekent dit voor het onderwijs in Nederland?

Het incident legt een actuele thema bloot: waar ligt de grens tussen persoonlijke taalidentiteit en formele communicatie in de les? In Rotterdam-Zuid, Den Haag en elders zijn leerlingen allang gewend aan een mix van straattaal en standaard-Nederlands. Niet voor niets vind je bij de Albert Heijn soms personeel dat moeiteloos schakelt tussen beide.

Tips voor leerlingen én docenten

  • Praat bewust: Bedenk dat sommige woorden in de klas anders aankomen dan op straat of thuis.
  • Ken je publiek: Een docent verdient respect — maar leerlingen halen hun kracht soms juist uit hun eigen taal.
  • Zoek de balans: Docenten hoeven straattaal niet direct te verbieden, maar mogen wel gericht werken aan vaktaal en schriftelijke vaardigheden.
  • Ga met elkaar in gesprek: Organiseer een open discussie in de klas over taal, identiteit en communicatie — zo leer je van beide kanten.

Een taalkwestie die blijft

Of je nu team ‘straattaal’ of ‘ABN-Nederlands’ bent — deze discussie laat zien hoe dynamisch taalgebruik in de klas anno 2025 is. Het laatste woord is hier zeker nog niet over gezegd. Bewaar dit artikel als je straks weer ergens in de educatie- of jeugdsector over ’taalnormen’ hoort praten, want het is relevanter dan ooit.

Verspreid de liefde