Dit kleine stadje is al 50 jaar het wereldcentrum van teenworstelen

Dit kleine stadje is al 50 jaar het wereldcentrum van teenworstelen

Brazilië is misschien beroemd om jiujitsu, maar Ashbourne in Derbyshire — een typisch Engels dorpje waar regen én humor altijd dichtbij zijn — is dé plek voor een compleet andere sport: teenworstelen. Elk jaar verzamelen tientallen fanatiekelingen zich in deze rustige regio om uit te maken wie de krachtigste tenen van de wereld heeft.

Teenworstelen: meer dan een gezellige kroeggrap

Lisa Shenton, bij insiders bekend als “Twinkletoes”, doet er al 14 jaar aan mee en heeft zichzelf inmiddels zes keer tot wereldkampioen gekroond. “Vandaag ga ik voor nummer zeven”, verklapte ze aan The Independent — en dat is gelukt ook. Ze behaalde de titel opnieuw en mocht een trofee mee naar huis nemen die uiteraard de vorm van een voet heeft. Zoiets past alleen in Engeland.

Dit jaar streden in totaal 28 deelnemers op het beroemde “toe-dium”, een eenvoudig verhoogd platform van 2,5 meter. Ruim tweehonderd toeschouwers — van pubbezoekers tot opa’s en kinderen uit het dorp — kwamen kijken naar deze serieuze strijd tussen tenen.

Hoe werkt teenworstelen?

Mogelijk kijkt u nu wat verbaasd. Maar teenworstelen werkt eigenlijk heel simpel: beide spelers haken de grote tenen in elkaar en proberen elkaars voet tegen een houten plank te drukken. Zie het als armdrukken, maar dan met blote voeten.

Ben Woodroffe uit Nottingham (voor vrienden en tegenstanders: “Toe-tal Destruction”) is de huidige wereldkampioen bij de mannen. “Je begint altijd met je rechtervoet. Scoort iemand een punt, dan ga je verder met links. De duels kunnen soms uren duren — vooral als voeten glad worden, daarom plakken we ze regelmatig even af met tape.”

Oorsprong en bizarre trainingsroutines

Teenworstelen begon in 1974 als geintje — volgens de locals met een pint in de hand, ergens tijdens een regenachtige avond in Wetton. Inmiddels is het uitgegroeid tot een serieuze discipline. “Er komt verrassend veel bij kijken,” legt Lisa uit. “Ik train het hele jaar door met enkelgewichten, doe stretchoefeningen en oefen samen met mijn partner.”

Ze geeft toe dat weinig vrouwen meedoen, maar dat het hard werken is: “Je hebt meer pure kracht en core-stabiliteit nodig dan mensen denken”. Woodroffe, die al meedoet sinds zijn veertiende en dagelijks traint—ja, je leest het goed: iedere dag!—gaat nog verder. Hij stretcht zijn voetpezen, verwijdert zelfs alle beenharen (!) voor extra grip op het podium, en heeft ooit beide grote teennagels laten verwijderen omdat die in de weg zaten.

Kleine spoiler: tijdens de finale brak Woodroffe zelfs zijn “duimteen” tegen een misselijkmakende hoek, maar wist toch te winnen van de legendarische Alan “Nasty” Nash, een veteran met 17 wereldtitels. Volgens hem: “De pijn is het waard voor de glorie. Blaren en blauwe knieën zijn standaard.”

Internationaal, maar toch lekker lokaal

Sponsoren als Ben & Jerry’s waren er in het verleden bij. Toeschouwers uit India, Japan en zelfs Canada reizen af naar Ashbourne — maar een olympische droom blijft uit. In 1998 strandde hun aanvraag bij het IOC. Toch is de hoop niet opgegeven.

Woodroffe: “Als breakdancen op de Olympische Spelen thuishoort, waarom teenworstelen dan niet? We moeten nu vooral zorgen dat meer landen meedoen.”

Zelf proberen? Waarom niet!

Trek wat sportieve sokken aan, daag een vriend uit — en vooral: laat je niet onderschatten. Want wie weet schuilt er een “Toe-tal Destruction” in elke teenslipperdrager. Volgend jaar weer in Ashbourne? Reken maar dat het dorp er klaar voor is.

Verspreid de liefde